Vloertegels en tegelmozaïek.
Rond het midden van de 13e eeuw begon men in de patronen inlegtegels te verwerken ,om de vloer te versieren .Bij de oudste tegels is de figuur in klei ingesneden met een mes, zodat er een wigvormige gleuf ontstaat die dan met witte pijpaarde is opgevuld.op deze manier heeft men nooit twee identieke tegels. Weldra is men op het idee gekomen het patroon met een houten stempel in de klei te persen en de zo ontstane holte met pijpaarde te vullen ,nadien is de tegel met transparant loodglazuur bedekt en oxideren gebakken ,waarbij oranje-rood en de pijpaarde een gouden kleur krijgt . In de 15e eeuw begint het verval van deze oude techniek
De meeste gebruikte motieven komen ook in de heraldiek voor .Verschillende tekeningen zijn uit het midden-oost afkomstig en waarschijnlijk met de kruisvaarders meegekomen ,zoals de leeuw en de draakachtige figuren .
Andere voorstellingen hebben een Germaanse oorsprong o.a de arend de hand en het ruitmotief. Van christelijke oorsprong zijn de druivenpikkende duiven het vrouwtje tussen twee palmen .
Zuiver heraldisch zijn de twee-koppîge adelaars de kroon en de zogenaamde Franse lelie.Uit de mythologie stamt de draak en ook de meerman de half vrouw-half dier en de duivel; Bron ;VOBOV - INFO, nr 17 & 27
De meeste gebruikte motieven komen ook in de heraldiek voor .Verschillende tekeningen zijn uit het midden-oost afkomstig en waarschijnlijk met de kruisvaarders meegekomen ,zoals de leeuw en de draakachtige figuren .
Andere voorstellingen hebben een Germaanse oorsprong o.a de arend de hand en het ruitmotief. Van christelijke oorsprong zijn de druivenpikkende duiven het vrouwtje tussen twee palmen .
Zuiver heraldisch zijn de twee-koppîge adelaars de kroon en de zogenaamde Franse lelie.Uit de mythologie stamt de draak en ook de meerman de half vrouw-half dier en de duivel; Bron ;VOBOV - INFO, nr 17 & 27